In de entree van het gebouw van het Openbaar Ministerie op IJDock, vlak naast het grote raam met uitzicht op het IJ, hangt het monumentale kunstwerk van Sjaak van Rhijn, een glazen reliëf. Het hangt dicht bij het water en bij het raam omdat de reflectie van het daglicht belangrijk is in het reliëf. Het spel van water en licht levert telkens een wisselend beeld op. De beweeglijkheid van het water is een belangrijk thema in het werk van Van Rhijn. “Als je daar een laag afhaalt, ontstaat er een nieuwe laag, een nieuwe werkelijkheid.”
“Water is voortdurend in beweging. Het verandert van vorm onder invloed van de mens, het weer, de tijd. Het levert altijd weer een ander beeld op. Het is ongrijpbaar. In die zin is water een metafoor voor het leven. Je kunt het onderzoeken, je moet mee veranderen, maar je kunt het ook zelf beïnvloeden. Wat wij waarnemen, denken te zien, is de oppervlakte, een laag. Wat eronder zit kun je je proberen voor te stellen. Ik wil laten zien hoe dat beeld ontstaan is. Elke ingreep creëert een nieuw beeld.”
Van Rhijn wil het ongrijpbare proberen te vangen door er een laag af te halen en zich er, letterlijk en figuurlijk, in te verdiepen. Het moment bevriezen om te onderzoeken en te doorgronden wat er onder de oppervlakte zit. Het is een zoektocht naar het ontstaan van dingen. De kijker krijgt geen boodschap, geen waarheid gepresenteerd. Het kan hem verwonderen of aanzetten tot nadenken. “Wat het oplevert is natuurlijk heel persoonlijk.”
De keuze voor geel is dat het de kleur van de rede, het cognitieve, het intellect is. “Je verstand gebruiken, je verdiepen in de materie en je realiseren dat er altijd een diepere waarheid zit achter de waarneembare wereld is iets waar de mensen van het Openbaar Ministerie iedere dag mee geconfronteerd worden.”